De Artor wijngaarden zijn gelegen in Villány, Hongarije. Dit is de meest zuidelijke wijnregio van Hongarije en ook wel één van de bekendste, samen met het noordelijk gelegen Tokay.
De Villány PDO regio speelde een pioniersrol in de heropstanding van de Hongaarse wijncultuur na het communisme. Tijdens deze communistische periode (1949 – 1989) in Hongarije was vooral kwantiteit en niet kwaliteit belangrijk. Dat zorgde uiteraard voor een beschadigde internationale reputatie waar het ook na de val van het communisme en ondanks vele inspanningen lang onder geleden heeft. Deze periode ligt nu ver achter de rug en de tegenreactie is indrukwekkend te noemen. Wie Hongaarse wijnen intussen leren kennen heeft, weet waar we over spreken.
Als zuidelijk gelegen wijnregio, situeert Villány zich op 45,86 graden breedtegraad. Dat is ongeveer op dezelfde hoogte, ten opzichte van de evenaar, als Bordeaux in Frankrijk. Vandaar ook de bijnaam ‘de Bordeaux regio van het oosten’. Villány heeft ook een zuidelijk mediterraan klimaat, al is het in Hongarije warmer en droger in de zomers in vergelijking met Bordeaux dat aan zee ligt. De winters zijn streng met veel sneeuw en de lente doet laat zijn intrede. De bodem is voornamelijk dolomiet en kalksteen met een beetje klei. Dit is een ideale bodem om de druiven de tijd te geven om zich te ontwikkelen en te rijpen en het voegt ook veel kracht toe aan de wijnen.
Talloze families van wijnmakers verkozen Villány als hun favoriete regio voor de productie van rijke, fruitige en krachtige rode wijnen. De meest voorkomende druivenrassen zijn Cabernet Franc, Cabernet Sauvignon, Syrah en Merlot.